Twee leeuwen
Er zitten twee leeuwen onder een boom. Zegt de ene leeuw tegen de andere: ‘Kom op, we pakken die automobilist!’ Zegt de andere leeuw: ‘Nee, ik heb geen zin in vlees in blik!’
De beste moppen op 1001moppen.be (via de sterrenwaardering). Met leuke moppen voor kinderen, voor volwassenen en korte moppen voor iedereen.
pagina 79 van 134.
Totaal aantal moppen op de site: 1334.
Er zitten twee leeuwen onder een boom. Zegt de ene leeuw tegen de andere: ‘Kom op, we pakken die automobilist!’ Zegt de andere leeuw: ‘Nee, ik heb geen zin in vlees in blik!’
Er staat een oen voor het stoplicht. Het licht staat op rood. De oen zegt; ‘Ah, wat een mooie kleur!’ Het licht springt op oranje. Weer is de oen onder de indruk van de kleur. Als het licht daarna groen wordt, kijkt hij met open mond toe. Dan springt het licht weer op rood. ‘Hé, die heb ik al gezien’, zegt hij. En hij rijdt weg.
Anne heeft voor haar verjaardag een konijn gekregen en ze speelt ermee in de tuin. Dan komt haar juf langs en zegt: ‘Lief konijn, zeg. Waar slaapt ze?’ Anne: ‘Bij mijn ouders op de slaapkamer.’ De juf zegt verbaasd: ‘Stinkt dat dan niet?’ Anne: ‘Ja, da's waar. Daar moet Flappie dan maar even aan wennen.’
Jantje gaat naar de winkel. Als hij een mandje pakt, staat er op een bordje: 'Pak hier uw gratis mandje'. Jantje pakt er één en loopt verder. Als zijn moeder betaald heeft, gaan ze weg. Dan komt er een beveiliger en houdt ze aan. 'Waarom neem jij een mandje mee?' vraagt de beveiliger. Antwoordt Jantje: 'Er stond toch "pak hier uw gratis mandje" op een bordje!'
"Wat kost die grote hond ?" vraagt de klant in de dierenwinkel. 300 euro, mevrouw." "Lieve hemel. Dat is me te duur. En die kleine ?" "500 euro, mevrouw." "En dat hele kleintje dan ?" "Dat is een echte kampioen, mevrouw. Die kost 1000 euro." "Allemachtig," steunt de dame. "Wat kost het me eigenlijk als ik helemaal geen hond koop ?"
Mijnheer Janssen vindt zijn gebrekkige kennis van klassieke muziek een behoorlijk gemis. Hij besluit, in een desperate poging om iets van zijn culturele achterstand in te lopen, naar een uitvoering van het Koninklijke Concertgebouworkest te gaan. Tijdens de pauze staat Janssen in de roezemoezende menigte in de foyer en juist nu wordt hij op pijnlijke wijze herinnerd aan zijn onwetendheid. Hij kan met niemand mee roezemoezen. Hij gaat naar het toilet, posteert zich boven het urinoir en om toch iets te kunnen zeggen, buigt hij zich een beetje naar zijn buurman en meldt op vriendelijke toon: "Mooi stuk, maar wel wat zwaar, vindt u niet?" Waarop de man antwoordt: "Wilt u onmiddellijk voor u kijken!"
Een man komt een café binnen met een krokodil. Hij gaat aan de bar zitten en legt de krokodil op de toog. "He!" roept de barman, "weg met dat beest, dat is levensgevaarlijk!" "Welnee," zegt de man, "dat beest is hartstikke tam." "Wegwezen met die krokodil," zegt de barman weer, "dat is hier veel te gevaarlijk." "Echt, dat beest is zo tam als wat," zegt de man. Om het te bewijzen doet hij zijn gulp open, legt zijn pik in de bek van de krokodil en geeft het beest een keiharde knal op zijn kop. Er gebeurt niets. "Zie je wel, er is helemaal niks gebeurd," zegt de man, en richt zich tot het cafépubliek: "Is er nog iemand die het wil proberen?" Komt er een oud vrouwtje aanlopen, die zegt: "Ja meneer, ikke wel, als u maar niet zo hard op m'n hoofd slaat."
Een Amerikaan, een Hollander en een Japanner spoelen aan op een onbewoond eiland. De Amerikaan begint meteen de baas te spelen en zegt: 'I take care of the food.' Tegen de Hollander zegt hij: 'You take care of the wood.' En tegen de Japanner zegt hij: 'You take care of the supplies.' Ze gaan alle drie weg. Tegen de avond komen de Amerikaan en Nederlander elkaar weer tegen op de afgesproken plaats, maar nog geen spoor van de Japanner. Ze besluiten om te wachten. En ze wachten.... en wachten... en wachten..... Maar de Japanner komt niet opdagen. 'Zo, dan beginnen wij alvast te eten,' zegt de Hollander tegen de Amerikaan. 'Okay,' zegt de Amerikaan. Opeens komt de Japanner uit de boom gesprongen, terwijl hij roept: 'Supplies!' .
Drie mannen praten samen over snelheid. Zegt de eerste: "Volgens mij is de bliksem het snelste op de wereld. Want je ziet ziet hem al voordat je de donder hoort." "Welnee," zegt de tweede, "het licht is sneller. Want als je de schakelaar indrukt brandt het licht direct." Zegt de derde: "Volgens mij is de diarree is het snelste. Want tijdens een wandeling in het bos voelde ik een rommeling in de buik. Ik rende als de bliksem naar huis. Ik deed het licht aan in het toilet en moest vaststellen dat ik reeds in mijn broek gescheten had!"