Een man is op ziekenbezoek bij zijn Italiaanse buurman, die een zwaar verkeersongeluk heeft gehad. Hij ziet er niet uit: in het gips, onder het verband, allemaal slangetjes en infusen. Het lijkt wel een mummie. De man probeert een gesprek te voeren, maar zijn buurman ligt met zijn ogen dicht en reageert niet. Plotseling spert hij zijn ogen wijd open en begint te rochelen en krijgt er met zijn laats adem noch net uit:

"Mi stai bloccando il tubicino d'ossigeno, pezzo di merda...."

De man grift zijn laatste woorden in zijn hart.



Op de begrafenis vertelt hij de in het zwart gehulde weduwe dat haar man nog iets heeft willen zeggen.

"En," vraagt ze met betraande ogen, "dat hij van me hield?"

"weet ik niet," zegt de man, "maar het klonk als Mi stai bloccando il tubicino d'ossigeno, pezzo di merda...."

De weduwe gilt en valt flauw.

"Wat is er?" vraagt de man geschrokken aan haar dochter, "wat heeft hij gezegd, wat betekent dat dan?"

"Je staat op mijn zuurstofslang, lul."

Een donker getinte man komt een kroeg binnen lopen. De man heeft raar genoeg een volledig witte neus. Hij gaat aan de bar zitten en vraagt om een biertje. Vraagt de barman aan de donkere man “Hoe komt u aan een witte neus?” waarop de man antwoord “Ik kom uit Kenia en ik ben daar lid van de witte neuzen stam”



De volgende dag komt een andere donker getinte man de kroeg inlopen en vraagt om een biertje. Deze man heeft geen witte neus, maar een volledig wit oor. Vraagt de barman “Hoe komt u aan een wit oor?” waarop de donkere man antwoordt “Ik kom uit Nigeria en ben lid van de witte oren stam”



Weer de volgende dag komt een donkere man de kroeg inlopen en vraagt om een biertje. Deze man heeft weer een witte vingen. Zegt de barman “U bent zeker lid van de witte vinger stam?” waarop de donkere man antwoord “Nee, ik ben de schoorsteenveger en ik ben net bij je vrouw langs geweest.”

De juffrouw voor de klas zegt tegen de kinderen: “Vandaag gaan we het over een bepaald soort dieren hebben, en wel over torren. Wie kan mij een tor noemen?” Jantje steekt zijn vinger op : “De water-tor,juf.” “Dat is goed,” zegt de juf, “en weet je ook wat die eet?” “Ja juf, waterplantjes & watervlooien!” Pietje weet er ook één en steekt zijn vinger op: “De boom-tor,juf.” “Dat is goed,” zegt de juf, “en weet je ook wat die eet?” “Ja juf, boomschors & blaadjes!” Dan steekt Jefke zijn vinger op en zegt: “De vibra-tor!” “De vibra-tor?” zegt de juf, “ik denk niet dat dat goed is. Kan je ook zeggen wat die eet?” “Nou,” zegt Jefke, “volgens mijn zus vreet ie batterijen!”

De achttienjarige Jelle tegen zijn vader: 'Papa, wil je vandaag horen hoe mijn eerste autorit verlopen is, of lees je het liever morgen in de krant?'