Een man die verzot is op motorrijden, overlijdt bij een ongeluk. Hij komt bij de hemelpoort en Petrus vraagt hem wat hij het allerliefst mee zou willen nemen de hemel in. De man hoeft niet lang na te denken en kiest ervoor zijn motor mee te nemen.
'Dat is goed zegt Petrus. 'Je mag alleen niet harder dan vijftig rijden in de hemel.' De motorrijder gaat er mee akkoord.
Op een dag toert hij wat volgens de afgesproken snelheid door de hemel, als er plotseling een motor aankomt rijden die wel honderdvijftig km/u rijdt.
De man rijdt verontwaardigd door naar Petrus en vraagt: 'Dat is ook mooi, je hebt duidelijk tegen mij gezegd dat niemand harder rijdt dan vijftig km/u in de hemel en nou wordt ik net ingehaald door iemand die wel honderdvijftig reed. Hoe kan dat nou?'
'Ach,' antwoordt Petrus. 'Je hebt gelijk. Maar ja, dat was het zoontje van de baas.'